Technische aangelegenheden
De stijgende tendens in de automatisering van projektie-installaties, die wij in
1972 signaleerden, zette zich in het verslagjaar voort. Het aantal volledig geauto
matiseerde bioscopen steeg van 56 naar 71 en het aantal half geautomatiseerde
bioscopen steeg van 7 naar 17. Storingen van betekenis deden zich over het alge
meen in de geautomatiseerde bedrijven niet voor, zij het dat van het euvel van het
niet verwijderen van de bekende schakelstrips ook in 1973 de nodige hinder werd
ondervonden. De indruk bestaat echter, dat de herhaalde oproepen om aan deze
zaak aandacht te besteden effekt beginnen te sorteren, zodat gehoopt mag worden,
dat binnen afzienbare tijd alle betrokkenen zullen inzien, dat het zorgvuldig ver
wijderen van schakelstrips essentieel is voor een ongestoord verloop van geauto
matiseerde voorstellingen bij de bioscoopondernemers, die de films erna moeten
vertonen.
Het aantal 70 mm-installaties bleef ongewijzigd gehandhaafd op 41 en het aantal
bioscopen, dat is uitgerust voor de vertoning van films met magnetische geluids
registratie bleef eveneens gehandhaafd op 80. In dit laatste aantal zijn de 70 mm-
installaties begrepen.
Het gewijzigde Reglement op de Technische Commissie bepaalt, dat deze Commis
sie bestaat uit drie personen, onder wie een erkend architect of een andere des
kundige op het gebied van de bouwkunsten en een deskundige op het gebied van
de projectie- en geluidstechniek.
Tot leden van de Technische Commissie in haar nieuwe samenstelling heeft het
Hoofdbestuur benoemd de heren F. H. W. Weyschedé, directeur van de N.V.
Verenigde Nederlandse Bioscopen te Leeuwarden (die met het voorzitterschap is
belast), D. J. H. Swart, tchnisch bedrijfsleider van Tuschinski Theaters B.V. te
Amsterdam en de architect C. L. Wirtz te Rotterdam. Als secretairs fungeert de
heer H. W. Hagenberg en als plaatsvervangend secretaris de heer L. Claassen.
Aan de heer D. J. van Leen, die vele jaren als Voorzitter van de Technische
Commissie in haar oude samenstelling is opgetreden, en de heren O. P. Besseling
en G. J. H. Dujardin, leden dezer Commissie, is dank betuigd voor de belangrijke
diensten, welke zij in deze functie de Bond en het bedrijf hebben bewezen.
Tot de taak van de Technische Commissie behoort reglementair de Commissie
Nieuwe Zaken respectievelijk de Commissie Beroep Nieuwe Zaken van advies te
dienen omtrent technische aangelegenheden in samenhang met de bepalingen van
het Algemeen Bedrijfsreglement.
In 1973 heeft de Commissie Nieuwe zaken niet minder dan vijftien aanvragen
om advies tot de Technische Commissie gericht. Deze aanvragen betroffen in zes
gevallen nieuwe bioscopen in Amsterdam, Groningen (een bouwplan van drie),
Heerlen (een complex van zeven, later teruggebracht tot vijf), 's-Hertogenbosch
(een complex van drie), Utrecht en Valkenburg.
Verder werd advies gevraagd over zes aanvragen betreffende inbouw van nieuwe
bioscopen in de gebouwen van bestaande bioscopen te Amsterdam (twee aanvra
gen, waarvan één voor twee in één gebouw), Arnhem, Beverwijk, Kaatsheuvel en
Rotterdam (twee in één gebouw).
Bovendien werd advies gevraagd over drie splitsingen van bestaande bioscopen,
waarvan twee in Amsterdam (waaronder één splitsing in vier zalen) en in Rotter
dam.
De Technische Commissie heeft volgens het nieuwe Reglement mede tot taak het
Hoofdbestuur van advies te dienen omtrent technische aangelegenheden in samen-