üi'H
i r»f
In januari opende Studio-A te Enschede
Ten aanzien van een door brand verwoeste bioscoop had het Hoofdbestuur de
gebruikelijke conditie gesteld, dat heropening eerst zou mogen plaatsvinden na
verkregen toestemming. Voor het verkrijgen van deze toestemming is het nood
zakelijk, dat wordt voldaan aan de eisen van inrichting en uitrusting omschreven
in het Algemeen Bedrijfsreglement. Het bewuste lid was de bioscoop echter
weer gaan exploiteren zonder verkregen toestemming en had bovendien in zijn
hoedanigheid van filmverhuurder films geleverd voor vertoning in genoemde
bioscoop ondanks het door het Hoofdbestuur aan de leden-filmverhuurders op
gelegde verbod tot filmlevering, voordat het Hoofdbestuur toestemming had ver
leend voor het weer in exploitatie nemen van de bioscoop in kwestie. Het Hoofd
bestuur legde het desbetreffende lid de straf van waarschuwing op wegens over
treding van het Algemeen Bedrijfsreglement en het Reglement op de Lijst van
Geen Bezwaar.
Een lid-bioscoopexploitant, dat zonder de toestemming, vereist ingevolge het
Reglement op de Lijst van Geen Bezwaar, films van niet-leden had betrokken
en voorts meer films had vertoond dan krachtens het Reglement Filmvertoning
is toegestaan, werd de straf van waarschuwing opgelegd.