FILMPRODUKTIE
Speelfilms
Voor de Nederlandse speelfilmproduktie
was 1973 een topjaar. Er kwamen niet min
der dan 10 nieuwe hoofdfilms in roulatie,
die samen met een aantal films uit voor
gaande produktiejaren zorgden voor een
bezoekcijfer van 21,1 van het totale Ne
derlandse bioscoopbezoek, overeenkomende
met 22,9 van de landelijke brutorecette!
In chronologische volgorde kwamen de vol
gende films in roulate:
1. „Geen paniek", premièredatum 18 ja
nuari, produktie: City Produktie Mij
B.V.-Rob du Mée Parkfilm B.V., re
gie: K. Koedijk;
2. „Turks fruit", premièredatum 22 fe
bruari, produktie Rob Houwer Film
Holland B.V., regie: P. Verhoeven;
2. „Because of the cats", premièredatum
15 maart, produktie: Fons Rademakers'
Productie B.V., regie: F. Rademakers;
4. Nr. 14 Johan Cruijff", premièredatum
8 maart, produktie Coster Producties,
regie: M. de Vos;
5. „Frank en Eva", première 23 augus
tus produktie: Scorpio Film B.V., re
gie: P. de la Parra;
6. „Angela", premièredatum 7 september,
'produktie: Maggan Films B.V., regie:
N. van der Heyde;
7. „The family", premièredatum 11 okto
ber, produktie: Rob du Mée Parkfilm
B.V., rege: L. de Boer;
8. „Naakt over de schuttng", premièreda
tum 25 oktober, produktie: Rob du
Mée Parkfilm B.V., regie; F. Weisz;
9. „Het dwaallicht", premièredatum 15
november, produktie Appletree Produc-
tions B.V., regie: F. Buyens;
10. „Op de Hollandse toer", premièreda
tum 20 december, produktie: Lindner
Films B.V., regie: H. Booth.
Uit het voorgaande produktiejaar liepen nog
met redelijk tot groot succes de films „Bij
de beesten af", „De inbreker" en „VD".
De genoemde films met nog een aantal
andere Nederlandse speelfilms zorgden er
voor, dat in 1973 ruim 5 miljoen bezoekers
een of meer Nederlandse films zagen.
Per 31 december waren nog 3 hoofdfilms
praktisch voor vertonng gereed en was be
kend, dat er voor het komende jaar zeker
8 a 10 serieuze produktieplannen in voor
bereiding waren, zodat de mogelijkheid ze
ker niet is uitgesloten, dat ook in dat jaar
weer een groot aantal Nederlandse hoofd
films gereed zullen komen.
Het verheugt ons in dit verslag te kunnen
rapporteren, dat na 2 jaren van stilstand
het Ministerie van Cultuur, Recreatie en
Maatschappelijk Werk de subsidiepost voor
de produktie van Nederlandse hoofdfilms
heeft verhoogd van 1.640.000— tot
2.308.000,—. Helaas was de C.R.M.-be-
groting op 31 december nog niet door de
Kamers behandeld, zodat moet worden af
gewacht of het loffelijk streven van de Mi
nister om de Nederlandse hoofdfilmpro-
duktie iets meer armslag te geven ook ge
nade vindt bij de Volksvertegenwoordiging.
Op het gebied van de jeugdfilms kwam bij
Rex Film één nieuwe jeugdfilm gereed, te
weten „Dik Trom en zijn dorpsgenoten".
Van het uitgebreide jeugdfilmoeuvre van
Rex Film liepen in 1973 14 films, die sa
men met „Circus op stelten" van Karst van
der Meulen, uitgebracht op 31 december
1972, zorgden voor een redelijke omzet op
dit speciale terrein. Het is verheugend te
kunnen constateren, dat de belangstelling
voor jeugdfilms toeneemt, mede dankzij de
inspanningen die vele bioscoopondernemers
zich op dit terrein getroosten.
Commercials
Helaas beschikken wij ook ditmaal niet over
betrouwbare cijfers ten aanzien van het aan
tal door leden of produktiebedrijven, die
op de Lijst van Geen Bezwaar zijn ge
plaatst, vervaardigde STER-commercials.
Volgens de niet volledige registratie zouden
dat er circa 215 zijn, terwijl volgens de
STER-gegevens in 1973 circa 750 nieuwe
commercials zijn aangeboden met inbegrip
van de zogenoemde aanpassingen en be
werkingen. Er zijn aanwijzingen, die de ver
onderstelling wettigen, dat ons marktaandeel
niet beneden de 50 is gedaald, zodat bin
nen de Afdeling circa 375 commercials ge
produceerd zouden zijn, incuslef aanpas
singen.
Ook het buitenlandse aandeel in de pro
duktie van STER-commercials zou zich heb
ben gehandhaafd op circa 40 hetgeen
echter nos met wil zeggen, dat hier sprake
is van een definitieve stabilisatie. De on
gunstige situatie, die zich in het laatste
kwartaal in Engeland duidelijk manifesteer
de, kan immers tot gevolg hebben gehad,
dat er minder in Engeland is geproduceerd,
weshalve wij ons op dit gebied vooralsnog
niet aan voorspellingen durven te wagen.
Ten aanzien van het aantal herhalingen van
commercials, dat in onze kringen steeds
een steen des aanstoots is geweest, viel in
1973 een lichte daling te bespeuren, hetgeen
een gunstg verschijnsel kan worden ge
noemd, Of dit ook heeft geleid tot een aan
wijsbare stijging van nieuwe films, valt