Afdeling D 58 Vergaderingen en Bestuur Gedurende het verslagjaar werden drie ledenvergaderingen gehouden en vier bestuursvergaderingen (waarvan één ge zamenlijk met het bestuur van de Afdeling C). Op 6 februari vond een buitengewone ledenvergadering plaats ter behandeling van een aantal door het Hoofd bestuur voorgestelde wijzigingsvoorstellen. Het betrof in eerste instantie wijzigingen van het Reglement inzake Filmexploitatierechten en van het Reglement op de Lijst van Geen Bezwaar. Deze voorstellen hadden beide betrekking op het verzoek van de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders terzake van een - zo veel mogelijk - afdoende regeling van video-rechten. De vergadering ging akkoord met genoemde voorstellen, evenals met het voorstel tot wijziging van artikel 11 A van het Algemeen Bondsreglement, dat een oplossing biedt voor de gerezen problematiek rond de samenstelling van het College van Appel. Op 18 april vond de Jaarlijkse Algemene Ledenvergadering plaats ter behandeling van de agenda en stukken ten behoe ve van de jaarlijkse vergadering van de Bondsraad. De vergadering gaf zijn goedkeuring aan de financiële stuk ken zowel van de Afdeling D als van de Bond en keurde eve neens het afdelingsjaarverslag over 1979 goed, alsmede het jaarverslag van de Bond. Teven vond met algemene stem men bij enkele kandidaatstelling herbenoeming plaats van de reglementair aftredende bestuursleden, de heren S.J.J.M.L. Fonke, H. Holman - die tevens opnieuw tot voorzitter van de afdeling werd benoemd -,B.M.P. Kornet, V.N. Reumer en A.H.W. Schuurman alsmede van de gede legeerde in de Bondsraad de heer S.M. Spanjaart. Tenslotte vond op 5 novenber wederom een buitengewone ledenvergadering plaats ter behandeling van de - zeer ingrij pende - wijzigingsvoorstellen van het Hoofdbestuur, welke onder andere betrekking hebben op structurele veranderin gen van de (Bedrijfs)afdeling Bioscoopexploitanten. Meest opvallende verandering was het verdwijnen van de zelfstandig werkende afdelingen, waarvoor in de plaats één landelijke afdeling Bioscoopexploitanten in het leven geroe pen zal worden, bestuurd door een college van 13 perso nen, welke middels een bepaalde verdeelsleutel vanuit de vier categorieën de dan verdwijnende zelfstandige afdelin gen) dienen te worden benoemd. Uit deze 13 personen wordt een dagelijks bestuur van 5 personen geformeerd, eveneens samengesteld uit vertegenwoordigers van de 4 categorieën. De vergadering vond zowel het totale aantal van 13 personen - tevens de exploitantenvertegenwoordi ging in de Bondsraad - als de delegatie daarin vanuit de Af deling D niet naar verhouding. Besloten werd dan ook de Exploitantenraad te adviseren het Hoofdbestuur voor te stellen het Bestuur uit te breiden met twee personen te be noemen uit en door de C- en D-leden gezamenlijk. Tenslotte werd van gedachten gewisseld over de problematiek, die ontstaan is ten aanzien van de filmhuurbetalingen. Besloten werd het voorstel van de exploitanten-leden in het Hoofd bestuur te steunen, waarbij geen limiet meer word gesteld aan de termijn tot het indienen van rode kaarten en te trach ten de termijnen waarbinnen filmhuurbetaling en verzen ding van afrekenstaten dient plaats te vinden te verlengen. De bestuursvergaderingen waren in hoofdzaak gewijd aan de behandeling van de agenda's ten behoeve van de leden vergaderingen. Daarnaast werden een viertal aanvragen tot vestiging van nieuwe bioscoopexploitaties behandeld. De aanvraag tot vestiging van een autobios te Schaesberg (Limburg) van Autokino Fonke B.V. i.o. werd tezamen met het bestuur van de Afdeling C beoordeeld en van een gunstig advies voorzien. Eenzelfde procedure werd gevolgd ten aanzien van de aanvraag voor nieuwe bioscopen te Vee- nendaal van v.o.f. Phoenix Film. Met de aanvraag tot het vestigen van een reisexploitatie in Almere (Zuidelijke I Jsselmeerpolder) door de Stichting Film liga Almere kon het Bestuur zich niet verenigen gezien het naar algemeen geldende mening uit de tijd zijnde karakter van dergelijke exploitaties. Aan het eind van het verslagjaar was het Bestuur als volgt samengesteld: H. Holman, voorzitter; V.N. Reumer, vice-voorzitter; E. Wierda, penningmeester alsmede A.A. Berends, F.J.J.M.L. Fonke, B.M.P. Kornet, F.P.M.J. vanden Maag denberg en A.H.W. Schuurman, leden; gedelegeerde in de Bondsraad was de heer S.M. Spanjaart. Niet voorzien was in de reeds in 1979 ontstane vacature. Mevrouw M.C. Snijder van Wissenkerke fungeerde als secretaris. Samenstelling van de Afdeling Ook gedurende 1980 vonden weer een aantal mutaties plaats zowel in de indeling van de gemeenten als in het aan tal bioscopen in de Afdeling D, waaruit duidelijk blijkt dat de afdeling weer verder is ingekrompen. De gemeenten Ede, Hellevoetsluis en Texel (Den Burg) wer den per 1 juli ingedeeld in de Afdeling C, waardoor totaal 4 bioscopen voor de afdeling verloren gingen. Valkenburg met twee theaters werd vanuit de afdeling C ingedeeld in de Afdeling D. Gesloten werden de bioscopen-A in Hillegom, Rhenen, Brunssum en Wolvega en de bioscoop-B te Spijke- nisse, (na opening van een complex met 4 bioscopen werd deze gemeente vervolgens ingedeeld in de Afdeling C), nogmaals 5 theaters, zodat het totaal aantal bioscopen in 1980 terugliep met 7 van 80 naar 73 theaters, aangezien geen nieuwe theaters werden geopend. In het aantal reisbioscoopexploitaties trad geen wijziging op ten opzichte van 1979, toen eveneens 11 bedrijven waren in geschreven. 74 Gemeenten behoorden tot de afdeling per 31 december. Algemeen Het bovenstaande wordt tevens geïllustreerd in het aandeel dat de Afdeling D had in de totale bruto-recette van de Be drijfsafdeling Bioscoopexploitanten. In 1980 bedroeg dit aandeel 5,8% tegen 6,2% in 1979. Het Bestuur moest tot zijn spijt ook dit jaar weer constate ren dat de belangstelling van de leden voor afdelings- en Bonds- werkzaamheden zeer miniem is. Dit manifesteerde zich vooral ook op duidelijke wijze in de geringe opkomst naar de ledenvergaderingen. Tijdens zijn slotwoord na de ledenvergadering van 5 novem ber sprak de voorzitter dan ook de hoop uit dat door de ge wijzigde structuur van de Afdeling Bioscoopexploitanten ook de D-leden zich weer meer betrokken zouden gaan voe-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1980 | | pagina 59