Overleg NVB - FVT
Algemene voorwaarden
van vertoning
'reken- en i'actuursvstee
De Window-re'geling
In het verslagjaar werden verschillende
kwesties die de verenigingen onderling
nog op de agenda hadden staan
geregeld: algemene voorwaarden
van vertoning, een nieuwe afreken-
systematiek en de windows.
Reeds enige tijd behoorde het
realiseren van gezamenlijke leverings
voorwaarden voor de aangesloten
filmverhuurders tot de actiepunten van
de NVF. Het onderwerp belandde al in
1996 op de agenda van het bilaterale
overleg tussen NVB en NVF.
Door beide partijen werd echter
erkend dat voorwaarden zowel door
filmverhuurders als exploitanten
zouden moeten kunnen worden
gebruikt. Er kon daarom niet langer
gesproken worden over leverings
voorwaarden, maar over voorwaarden
van vertoning toepasbaar voor zowel
filmverhuurders als bioscoop
exploitanten. Geconcludeerd werd ook
dat de voorwaarden van vertoning
alleen gebruikt konden worden indien
er in de filmverhuurcontracten tussen
de individuele maatschappijen naar
zou worden verwezen.
Uiteindelijk werd in het verslagjaar
een overeenkomst bereikt over een
finale versie van de voorwaarden van
vertoning. Op 24 april 1997 werden de
voorwaarden door vertegenwoordigers
van NVB en NVF ondertekend.
De eerste keer dat het factuursysteem
onderwerp van gesprek was, was toen
het comité Financial Controllers van
de NVF bij elkaar kwam om te praten
over aanpassing van de afrekenstaat.
Deze aanpassing bleek noodzakelijk
i.v.m. de afdracht aan het Nederlands
Fonds voor de Film (NFF) in het kader
van het BTW-Convenant. Het comité
stelde het bestuur van de NVF voor
om een aanpassing, die ook
belastingtechnisch noodzakelijk bleek,
aan te grijpen om met de NVB van
gedachten te wisselen over invoering
van een factuursysteem. Dit systeem
zou als uitgangspunt moeten hebben
dat exploitanten alleen nog maar
opgave hoeven te doen van het
aantal bezoekers en de bruto omzet.
Van de filmverhuurders zouden zij
Arcaplex
dan vervolgens een factuur ontvangen
voor de te betalen filmhuur.
Het onderwerp werd vervolgens
aangesneden tijdens het bilaterale
overleg tussen de NVB en NVF. Aldaar
werd duidelijk dat invoering van een
factuursysteem niet op bezwaren zou
stuiten zolang het systeem de
exploitanten niet structureel meer tijd
en geld zou gaan kosten. Tussentijds
overleg had reeds duidelijk gemaakt
dat het factuursysteem alleen kans
van slagen zou hebben als een groot
deel van alle handelingen geautomati
seerd zou kunnen worden: het
factuursysteem functioneert beter als
er voor het overgrote deel gebruik
wordt gemaakt van dataverkeer via
computers. Dat leidde er in de zomer
van '97 toe dat alle bioscoop
exploitanten door de NVF het
zogeheten borderelprogramma
aangeboden kregen. Dit speciaal
geschreven softwarepakket zou
exploitanten die al wel in bezit
waren van een computer, maar die
nog niet volledig geautomatiseerd
waren, in staat stellen af te stappen
van het handmatig invullen van de
afrekenstaat. Het zelf aanmaken
van afrekenstaten c.q. borderellen,
invullen en vervolgens uitprinten
kwam daarmee binnen handbereik.
Uiteindelijk maakte een kleine
honderd bedrijven en instellingen
kenbaar gebruik te willen gaan maken
van het borderelprogramma.
Aan de hand van een stappenplan
werd eind '97 gestart met het
opstellen van de procedures
noodzakelijk voor implementatie van
het factuursysteem. Ook werd er een
datum vastgelegd waarop lancering
zou gaan plaatsvinden: 2 april 1998.
Hoewel vanuit de NVB en de NVF
nadrukkelijk werd aangegeven dat
men streefde naar een harmonieuze
samenwerking, bleek onderlinge
overeenstemming, m.n. op het gebied
van de window-regeling, niet altijd
aanwezig. Herhaalde malen werd
vanuit de NVB geconstateerd dat
filmverhuurders zich soms weinig
I^HBBWB