MAANDELIJKSCHE M E D EDEELINGEN.
Officieele Mededeeiingen.
Ingevolge het bepaalde in art. 8a der Statuten maakt
het Hoofdbestuur bekend, dat aanvragen om toelating
tot het lidmaatschap van den Bond zijn ingekomen van:
1. L. Wille, exploitant van de Luxor Bioscoop te
Zaltbommel (Gasthuisstraat 26);
2. N.V.i.o. „Astra Film", directeuren: Ludwig Katz
en los. Egger, gevestigd te Amsterdam (nieuw film
verhuurkantoor)
Eventueele bezwaren tegen toelating moeten schrif
telijk binnen 8 dagen na verschijning van het orgaan
bij het Hoofdbestuur worden ingediend.
Het Hoofdbestuur herinnert er nogmaals aan, dat
vaste spreektijden zijn ingesteld voor den Bondsdirec
teur in verband met het feit, dat het werk op het Bonds
bureau ten zeerste belemmerd 'wordt, doordat op elk
uur van den dag de Directeur leden en personen, die
inlichtingen wenschen, te woord heeft moeten staan. De
Directeur houdt spreekuur:
a. des Maandags van 12 tot 5 uur 's middags op de
Filmbeurs;
b. des Dinsdags (met uitzondering van den eersten
Dinsdag der maand) van 's morgens 9 tot 12 uur
op het Bondsbureau;
c. des Donderdags van 's morgens 9 tot 12 uur op het
Bondsbureau,
Daar de heer H. A. Fol de Schouwburg Bioscoop te
Zutphen niet meer exploiteert en ook verder geen bedrijf
als bedoeld in art. 6 der Statuten meer uitoefent is ge
noemde heer door het Hoofdbestuur overeenkomstig het
bepaalde in art. 9 sub b van het Algemeen Reglement
(verlies der vereischten) van het lidmaatschap van den
Nederlandschen Bioscoop-Bond vervallen verklaard.
Voorts heeft het Hoofdbestuur ten aanzien van de
Hollandia Internationale Filmproductie (onder directie
van de heeren A. Benno, Leo Meyer en Jaap Speyer)
besloten het besluit tot haar toelating tot het lidmaat
schap in te trekken.
Toepassing van art. 17b der staturen.
Het Hoofdbestuur van den Nederlandschen Bioscoop-
Bond heeft in zijn op Dinsdag 24 Juli 1934 gehouden
vergadering, ingevolge het bepaalde in art. 17 der Sta
tuten, besloten de N.V. Meteor Film te Amsterdam
de straf van boete voor een bedrag van 1000.op te
leggen, wegens haar handelen in strijd met de algemeene
belangen en de waardigheid van het Nederlandsche
film- en bioscoopbedrijf, zulks op grond:
dat zij op of omstreeks 22 December 1933 met den
heer H. Kleinman te Amsterdam een overeenkomst is
aangegaan, van ongeveer den navolgenden inhoud:
dat deze overeenkomst kennelijk de strekking heeft
gehad, om aan Kleinman een introductie te geven bij
industrieele ondernemingen hier te lande, die gemakke
lijk er toe te bewegen zouden zijn opdrachten te geven
voor de vervaardiging van reclamefilms, waaromtrent
deze overeenkomst de aanlokkende bepaling bevatte,
dat de te vervaardigen reclamefilm in tenminste 50
bioscopen van Nederland zal worden vertoond, waar
onder met name zijn genoemd de theaters van het Tu
schinski- of Royal-Concern en van 5 groote theaters in
Den Haag;
dat echter Meteor geweten heeft, althans zich ervan
bewust moest zijn, dat een garantie betreffende de ver
tooning eener reclamefilm in tenminste 50 bioscoop
theaters niet gegeven kon worden, daar zij met geen
enkele bioscooptheaterdirectie overeengekomen was,
dat zulk een reclame-film in eenig bioscooptheater zou
worden vertoond;
dat Meteor bovendien geweten moet hebben, dat de
overeenkomst, welke zij met Kleinman is aangegaan, niet
door haar kon worden uitgevoerd en dat zij overigens
ook nog misleidend was, wijl Meteor met de directies
van het Tuschinski- of het Royal-Concern geen rugge
spraak heeft gehouden en dus in deze overeenkomst niet
had kunnen mededeelen, dat de reclamefilm in ieder ge
val öf bij het Tuschinski- öf bij het Royal-Concern zou
worden vertoond;
dat vervolgens Meteor geweten moet hebben, dat
voor de vertooning van een reclamefilm in een groot
aantal bioscooptheaters en niet het minst in de in de
overeenkomst Meteor/Kleinman genoemde bioscoop
theaters de toestemming daartoe verkregen moet wor
den van de reclamebureaux, die voor filmreclame het
projectiedoek van de bioscoopdirecties gepacht hebben,
waaruit volgt, dat waar toch ook als bekend mag wor
den verondersteld, dat deze reclamebureaux ter compen
satie van de door hen betaalde oachtprijzen betaling
voor het doen vertoonen van reclame-films verlangen,
Meteor niet in staat was om eenige overeenkomst aan
te gaan, waarbij zij zich verbond reclamefilms in de Ne
derlandsche bioscooptheaters te doen vertoonen;
dat mede tengevolge van de tusschen Meteor en
Kleinman tot stand gekomen overeenkomst verschillen
de industrieele ondernemingen om den tuin zijn geleid
en aan Kleinman opdracht hebben gegeven en zelfs be
talingen hebben gedaan voor het maken van een recla
mefilm van hun resp. industrieën, zulks in vertrouwen
op de belofte van Kleinman (die zich trouwens ook be
wust moet zijn geweest van de onuitvoerbaarheid der
overeenkomst), dat deze reclamefilm in tenminste 50
bioscooptheaters van Nederland vertoond zou worden;
dat door deze practijken (het uitlokken van opdrach
ten tot het doen vervaardigen van reclamefilms, waar
van de opdrachtnemers van tevoren weten, dat de re
clamefilms nooit ter vertooning in de bioscopen zullen
kunnen worden gebracht) de algemeene belangen en de
waardigheid van het Nederlandsche film- en bioscoop
bedrijf in ernstige mate in de waagschaal worden ge
steld;
dat het Hoofdbestuur met de grootste gestrengheid
tegen dergelijke voor den goeden naam van het film
en bioscoopbedrijf schadelijke practijken optreedt, het
geen moge blijken uit een onlangs genomen beslissing,
volgens welke aan de leden van den Bond verboden is
om met voornoemden Kleinman zaken op het gebied van
het film- en bioscoopbedrijf te doen;
dat Meteor door het uitlokken, althans bevorde
ren van deze onwaardige practijken zich ernstig heeft
vergrepen aan de algemeene belangen en de waardig
heid van het film- en bioscoopbedrijf in Nederland, wes
halve een vrij hooge boete, tevens als afschrikwekkend
voorbeeld is opgelegd.
„Kleinman stelt ter beschikking van Meteor 2 sound-
copieën van de door Kleinman te maken film van Amster
dam, elke copie ter lengte van maximum 500 M.;
Kleinman draagt Meteor op de alleenvertooningsrechten
dezer film voor Nederland, waartegenover Meteor op zich
neemt de film vijftig maal aan haar cliënten in de door haar
te leveren programma's in te lasschen;
De tweede copie van bedoelde film zal Meteor ook ter be
schikking houden van de Vereeniging "t Koggeschip" voor
vertooning in particuliere- of privé-voorstellingen;
Wat de vertooning dezer film voor Amsterdam, Rotterdam
en Den Haag betreft, kunnen wij (Meteor) U (Kleinman)
nu reeds mededeelen, zulks na ruggespraak met de betreffende
directies, dat het de bedoeling is de eerste vertooning te doen
plaats vinden, èf bij het Tuschinski- öf bij het Royal-Con-
cern. Ditzelfde geldt voor Rotterdam. Aangaande Den Haag
hebben wij (Meteor) aldaar de keus tusschen 4 a 5 der voor
naamste theaters, b.v. City Theater, Odeon-, Passage-, Apol-
lo- en West End Theater.
Kleinman verplicht zich aan Meteor voor vertooning der
film in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag ƒ300.te be
talen, t.w. bij eerste vertooning te Amsterdam 100.bij
eerste vertooning te Rotterdam 100.en bij eerste vertoo
ning te Den Haag 100.
Ter meerdere zekerheid voor de richtige betaling van ge^
noemde bedragen, cedeert Kleinman aan Meteor een bedrag
van 300.van zijn vordering, van die fabrikanten, welke
in de door hem te maken film voorkomen;