IAAN
NEDERLAN DS'CHEN Dl 0SC00PB0ND
De nieuwe Voorzitter der Commissie van Geschillen.
No. 18
DECEMBER 1935
V^NKP N
J- J- UITGAVE VAN DEN J- J-
NEDERLANDSCHEN BIOSCOOP-BOND
ACHTERGRACHT i9 J- AMSTERDAM-C.
DIT ORGAAN VERSCHIJNT TEN MINSTE
J- «a» ÉÉNMAAL PER MAAND j»
Zooals elders in dit nummer gemeld, heeft het Hoofd
bestuur in zijn op Dinsdag 19 November gehouden ver
gadering tot Voorzitter der Commissie van Geschillen
benoemd den heer Ed. Cohen Barnstijn, Directeur van
het Apollo Theater te Den Haag en tot dusver Plaats
vervangend-Voorzitter dezer Commissie.
Bij de overdracht van het portret van den overleden
Voorzitter van de Commissie van Geschillen, den heer
David Hamburger, waarvan elders in deze „Maande-
lijksche Mededeelingen" eveneens een verslag is opge
nomen, heeft de Bondsvoorzitter in het bijzonder gere
leveerd hoe moeilijk het voor het Hoofdbestuur is ge
weest voor deze belangrijke functie een waardig opvol
ger te vinden.
De overleden functionaris heeft gedurende de 1 5 jaar
van zijn Voorzitterschap, gedurende welke hij boven
dien het begin en de geheele ontwikkeling van het Ar
bitrage-instituut heeft meegemaakt, een zoodanige er
varing in het arbitragewerk gekregen, dat het welhaast
onmogelijk geacht moest worden de opengevallen plaats
te doen innemen door iemand met een gelijke kennis van
zaken.
Niettemin vertrouwt het Hoofdbestuur er in geslaagd
te zijn een geschikt opvolger te hebben gevonden in
den persoon van den heer Eduard Cohen Barnstijn, die
reeds eenige jaren als Plaatsvervangend-Voorzitter op
trad.
Weliswaar heeft de heer Barnstijn weinig gelegen
heid gehad zijn talenten als Plaatsvervangend-Voorzit
ter te ontplooien, dank zij het feit, dat de vroegere ac
tieve leider van het Arbitrage-Instituut steeds trouw op
zijn post was.
Slechts één keer was het hem in den loop der jaren
gegeven in de plaats van den Voorzitter te treden, toen
nl. wijlen de heer Hamburger des ochtends, kort voor
den aanvang eener zitting ernstig ongesteld werd en het
ter zitting aan de orde komende geschil wegens de ur
gentie niet kon worden verschoven.
De uitnemende wijze, waarop de heer Barnstijn bij
deze gelegenheid als Plaatsvervangend-Voorzitter lei
ding gaf aan de behandeling van een zeer belangrijke
en ingewikkelde kwestie, heeft toen zeer de aandacht
getrokken en zijn bekwaamheid voor een dergelijke
functie duidelijk aan het licht gebracht.
Opnieuw trad zijn bijzondere geschiktheid voor deze
functie aan den dag tijdens de kort achter ons liggende
periode na het overlijden van den heer David Hambur
ger, waarin de heer Barnstijn de zittingen als plaats
vervangend Voorzitter heeft gepresideerd.
Trouwens ook in het algemeen gesproken kan de
nieuwbenoemde Voorzitter van ons Arbitrage-Instituut
bogen op een mooien staat van dienst in den Neder-
landschen Bioscoop-Bond.
Reeds kort na de instelling van de Commissie van
Geschillen werd hij tot lid dezer Commissie benoemd en
zoo kan hij er op bogen gedurende de eerste moeilijke
periode als arbiter gefungeerd te hebben.
Ook in het Hoofdbestuur heeft de nieuwbenoemde
functionaris geruimen tijd een vooraanstaande plaats
ingenomen. Van 19211929 heeft hij zijn bekwaamhe
den in dit College voor het welzijn van den Bond ten
nutte gemaakt.
De wetenschap, dat de heer Barnstijn steeds getoond
heeft een consciëntieus werker te zijn. een voorzichtig
man met een weloverwogen oordeel, waaraan langdu
rige en veelzijdige ondervinding ten grondslag ligt, heeft
de keuze voor het Hoofdbestuur tenslotte vergemakke
lijkt.
Moge deze keuze van het Hoofdbestuur een gelukkige
zijn en moge zij zoo mogelijk nog versterken het groote
gezag, dat het Arbitrage-Instituut van den Nederland-
schen Bioscoop-Bond zich in den loop der jaren heeft
weten te verwerven.
'JTfyf^S