BELEEDIGEND OPTREDEN VAN EEN
OFFICIER VAN JUSTITIE.
Wij wreven onze oogen uit, toen we dezer dagen
het volgende stukje lazen in de Graafschap-Bode
van Maandag 21 Dec. j.1., ons door vriendelijke
hand toegezonden.
,,Voor den Politierechter te Arnhem stond Vrij
dag terecht de krantenbezorger Th. J. B. alhier,
wien verduistering ten laste werd gelegd. De baas
van zijn meisje had hem twee gulden ter hand ge
steld, waarvoor verd. rentezegels zou koopen en
het boekje zou bijplakken, doch het niet deed.
Bovendien heeft verd., die in diverse vereenigin-
gen een rol speelde andere onregelmatigheden ge
pleegd, welke evenwel niet ten laste zijn gelegd.
Hij bekende volledig.
Het reclasseeringsrapport, hoewel niet bijzonder
gunstig, concludeerde tot een voorwaardelijke
veroordeeling.
De substituut-officier van justitie mr. Graaf van
Limburg Stirum wees op" den ernst der feiten, die
omtrent verd. bekend zijn geworden. Hij eischte
een geldboete van 25 gld., subs. 5 dagen hechtenis
en een voorwaardelijke gevangenisstraf van vier
maanden met een proeftijd van drie jaar.
De Politierechter: ,,Hoe moet je dat geld be
talen?"
De officier: ,,Het is de bedoeling, dat jij de ge
volgen ondervindt en niet je ouders. Dan geef je
maar eens geen geld uit aan vieze sigaretten of aan
de bioscoop."
De officier: ,,Dat pleit tenminste in je voordeel.
De bioscoop is een van de meest idiote bedrijven,
die de menschen kunnen bekijken."
De Politierechter zal Woensdagmiddag a.s. von
nis wijzen."
Een oogenblik hebben we getwijfeld of we wel
te doen hadden met een serieus verslag. Van den
anderen kant kunnen we niet aannemen, dat het
gemis aan verantwoordelijkheid bij verslaggever
en betrokken redactie zoo ver zou gaan, dat men
een officier van justitie zonder meer een dergelijke
laatdunkende en voor een bepaald bedrijf belee-
digende uitlating in den mond zou leggen. Belee-
digend en grievend is deze uitval van den Hoog
geboren Heer mr. Graaf van Limburg Stirum im
mers in hooge mate.
Onzerzijds worde daartegen ernstig geprotes
teerd.
Vooral is een protest op zijn plaats, omdat het
hier een gerechtsdienaar betreft, die zijn positie mis
bruikt om door onbehoorlijke uitdrukkingen schade
toe te brengen aan een bepaalden tak van het Ne-
derlandsche Bedrijfsleven.
Het feit is des te ernstiger, omdat de beklaagde
juist verklaard heeft in het geheel niet naar de
bioscoop te gaan. Niettemin haastte de officier van
Justitie zich, zonder eenige reden, datgene te zeg
gen, wat hem blijkbaar zwaar op het hart lag, on
danks dat het geheel buiten geding stond.
Dat het uitermate grievend is voor een bedrijf.
waarin duizenden hun bestaan vinden, dat groot:
belangstelling trekt en jaarlijks millioenen aan de
schatkist oplevert, om tenslotte op een dergelijke
wijze te worden neergehaald, behoeft vanzelfspre
kend geen nader betoog.
Veel woorden zullen we overigens niet aan het
geval besteden.
Een minachtend schouderophalen is het eenig
juiste antwoord.
En vanzelfsprekend zal dezerzijds niet worden
nagelaten de aandacht van den Minister van Justi
tie op een en ander te vestigen en bij Zijne Excel
lentie te protesteeren tegen een dergelijk optreden
van een Gerechtelijk Ambtenaar.
NIEUWE LEDEN,
In zijn laatstelijk gehouden vergadering heeft
het Hoofdbestuur besloten tot het lidmaatschap
van den Bond toe te laten:
1. Nederlandsche Filmassociatie Visie", Ha-
ringvlietstraat 24, Amsterdam; firmant: M. de
Haas.
2. J. Buisman, die het Prinsen Theater te Am
sterdam zal gaan exploiteeren.
Ten aanzien van den heer Buisman zij er nog
op gewezen, dat het Hoofdbestuur gebruik heeft
gemaakt van de aan dit college verleende bevoegd
heid, als bedoeld in art. 1 van het Algemeen Regle
ment, om genoemden heer vrijstelling te verleenen
van de verplichting tot het storten van een waar
borg.
WIJZIGING LEDENLIJST
De ledenlijst van den Bond heeft de navolgende
wijziging ondergaan:
Pag. 11. Aalsmeer: gevestigd Dixi Theater, Sta
tionsweg 19, tel. 40, onder directie van
den heer J. C. A. Diks.
UITSPRAKEN COMMISSIE VAN GESCHILLEN.
De Commissie van Geschillen (Eerste Kamer) heeft in
haar zitting van Woensdag, 2 December 1936, de navolgen
de uitspraken gedaan:
Inzake het door de N.V. Nova Film, gevestigd te Amster
dam, op 6 November 1936 aanhangig gemaakt geschil contra
den heer C. M. v. d. Linden, exploitant van de Cinema
Palace te Hoensbroek, dat de vordering van eischeres (Nova)
moet worden toegewezen en gedaagde (v. d. Linden) mits
dien moet worden veroordeeld om het gevorderd bedrag vóór
of uiterlijk op 31 December 1936 aan eischeres te betalen,
alsmede in de geschilkosten, bedragende 20.met dien
verstande, dat gedaagde den auteursprijs van de eventueel
vóór 31 December 1936 van eischeres af te nemen films op
de normale wijze als voorgeschreven in de Algemeene Voor
waarden van Verhuur en Huur van Films van den Neder-
landschen Bioscoop-Bond zal betalen en gedaagde na beta
ling van het gevorderd bedrag het recht heeft de films
..Schuld en Boete", „Antonia, een Hongaarsche Romance" en
,,De schaduw van het oosten" ook na 31 December 1936 in
zijn theater te vertoonen, zonder dat eischeres echter eenige
aansprakelijkheid draagt voor den materieelen toestand der
betreffende filmcopieën.