INSCHRIJVING IN HET NAAMREGISTER 8 Inzake het door den heer P. Perm, exploitant van het Apollo Theater te Zaandam, op 2 September 1938 aanhangig gemaakt geschil contra de NV. Holland-Amerika Universa! Film Booking Office, gevestigd te Amsterdam, dat de vor dering van eischeres (Perin) gedeeltelijk en wel tot een be drag van moet worden toegewezen en gedaagde (Uni- versal) mitsdien moet worden veroordeeld, om tegen kwijting aan eischer te betalen het toegewezen bedrag ad als mede in de geschilkosten, bedragende 20.zulks op grond van de overweging: dat eischer in hoofdzaak heeft gesteld, dat op of omstreeks 29 Maart 1938 tusschen partijen een contract is aangegaan inzake den z.g. verhuur en huur o.a. van de film „Honderd mannen en een meisje", waarbij aan eischer het recht is ver leend deze film in première voor de Zaanstreek te vertoonen; dat in het contract als inzetdatum voor deze film bepaald is 26 Augustus 1938, zijnde de aanvang van de kermis te Zaan dam; dat eischer op verzoek van gedaagde heeft toegestaan, dat voornoemde film vanaf 26 Augustus in afwijking van het contract ook zou worden vertoond in de Centrum Bioscoop te Zaandijk, maar dat gedaagde deze film behalve te Zaandijk ook vanaf 26 Augustus heeft doen vertoonen in de Corso Cinema te Wormerveer, waardoor inbreuk is gemaakt op het aan eischer toekomend recht om de film in première voor de Zaanstreek te vertoonen; dat eischer van het gebeurde groote schade heeft ondervonden, aangezien bij vergelijking met de door hem gemaakte recettes in de kermisweek van vorige jaren een mindere ontvangst van is geboekt, ter wijl tengevolge van het feit, dat in tegenstelling met vorige jaren de voorstellingen tijdens de kermisweek in het Apollo Theater niet waren uitverkocht, eischer ook in zijn exploitatie van het Flora Theater te Zaandam schade heeft ondervon den, doordat anders het publiek, dat geen toegang meer kan krijgen tot de Apollo Bioscoop naar het Flora Theater trekt, welke schade eischer raamt op dat eischer op deze gronden van gedaagde betaling vordert van een bedrag van of zooveel minder als de Commissie billijk acht; dat gedaagde erkend heeft, dat de film „Honderd mannen en een meisje" in strijd met het contract met eischer vanaf 26 Augustus in de Corso Cinema te Wormerweer is vertoond; dat gedaagde zich echter niet kan vereenigen met de wijze, waarop eischer de schade heeft berekend, aangezien gedaagde van meening is, dat als basis voor de berekening van de schade uitsluitend kunnen worden genomen de door de Corso Cinema te Wormerveer gemaakte recettes; dat bij de berekening van het schadebedrag uitgegaan moet worden van de stelling, dat de schade, welke eischer van het gebeurde heeft ondervonden, zich beperkt tot derving van entreegelden, welke aan anderen, die dezelfde film in dezelfde week hebben vertoond, ten goede zijn gekomen; dat dan ook het verschil tusschen de door eischer in de kermisweek van dit jaar gemaakt recettes en die van de recettes in dezelfde week in vorige jaren daargelaten, dat de vermindering van deze recettes ook aan andere omstan digheden geweten zou kunnen worden geacht moet worden veroorzaakt te zijn door de gelijktijdige vertooning van de zelfde film zoowel te Zaandijk als te Wormerveer; dat uit het vorenstaande volgt, dat het onjuist moet wor den geacht bij de berekening van het schadebedrag uit te gaan van de recettes van het Apollo Theater van het vorige jaar, maar dat integendeel, gelijk door gedaagde terecht is ge steld, uitsluitend de door de Corso Cinema te Wormerveer met de vertooning van de film gemaakte recettes daartoe als basis kunnen worden genomen; dat blijkens de door gedaagde verstrekte opgave, welke de Commissie als juist meent te kunnen aanvaarden, in de Corso Cinema te Wormerveer in de week van 26 Augustus/ 1 September een netto recette is gemaakt van dat voorts in aanmerking moet worden genomen, dat niet het volle bedrag van deze recette als schade voor eischer kan worden aangemerkt, daar, ook al zou in de bewuste week in Wormerveer een andere film zijn vertoond, ook de ver tooningen van deze film bezoekers zouden hebben getrokken; dat de Commissie op vorenstaande gronden de door eischer geleden schade geraamd heeft op twee derde gedeelte van de in de bewuste week te Wormerveer gemaakte ontvangsten, zijnde twee derde van is dat mitsdien eischers vordering tot een bedrag van moet worden toegewezen en gedaagde derhalve moet wor den veroordeeld om tegen kwijting aan eischer te betalen het toegewezen bedrag van alsmede de geschilkosten, bedragende 20. De Commissie van Geschillen (Derde Kamer) heeft in haar zitting van Woensdag 28 September 1938 o.a. de navol gende uitspraak gewezen: Inzake het door de firma Lumina Film, gevestigd te Am sterdam, op 22 Augustus 1938 contra den heer J. C. A. Diks, exploitant van het Dixi Theater te Aalsmeer aanhangig gemaakt geschil, dat de vordering van eischeres (Lumina) moet worden toegewezen en gedaagde (Diks) mitsdien moet worden veroordeeld om aan eischeres te betalen het ge vorderd bedrag ad f alsmede in de kosten van het» geschil, bedragende 20.dus in totaal echter met dien verstande, dat het bedrag van wordt be schouwd als te zijn door gedaagde aan eischeres verschul digde filmhuur voor de twee van het op 30 April 1938 geëxpireerd contract nog openstaande films, voor welke films gedaagde als inzetdata heeft geaccepteerd resp. 14 en 28 October 1938, met de bepaling, dat bij de vertocning van elk dezer films door gedaagde aan eischeres aan filmhuur wordt betaald de helft van het bedrag dezer uitspraak a zijnde Deze uitspraak is gegrond op de overweging: dat gedaagde heeft erkend het gevorderd bedrag schuldig te zijn en een regeling heeft voorgesteld, welke nader in de uitspraak is omschreven en waarmede eischeres zich accoord heeft verklaard; dat de vordering derhalve behoort te werden toegewezen, met inachtneming der tusschen partijen getroffen regeling. Ingevolge art. 4 van het Reglement op het Naamregister, zijn de navolgende verzoeken tot inschrijving van titels in het Naamregister gedaan. Voor het indienen van bezwaren tegen de verlangde inschrijving, welke vóór 10 October e.k. schriftelijk bij het Hoofdbestuur moeten worden ingediend, raadplege men art. 6 van het Reglement op het Naamregister. Datum Titels waaronder de :ilms Naam van den schrijving ver zocht is in Nederland worden gebracht uit- houder der ex ploitatie-rechten 3 Oct. 1938 Spoorweg piraten Melior Films 4 De twee straatjongens Parijs van Muntfilm 4 4 Moeders jongen1) Haar tweede vader -) Warner 5 8 Haar grootste offer Prairiebandieten Fox Film Centrafilm 8 De man, die verdween 8 Helden onder zee 8 In vuur en vlam 8 11 Vlammende prairie-oogen De geheimzinnige misdaad Warner 13 De zeewolf Paramount H Onzichtbare vijand Odeon In plaats van den titel „Haar eigen jongen". -) In plaats van den titel „Als het kindje binnenkomt"

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1938 | | pagina 10