INSCHRIJVING IN HET NAAMREGISTER
-■
10
van voormeld Reglement, waarbij verboden is op de cassa-
prijzen eenigerlei reductie of korting in welken vorm ook
te verleenen;
dat, gezien liet ernstig karakter der hiervoren omschreven
overtredingen de straf van boete ten bedrage van 250.
op den heer Bruglemans moet worden toegepast;
dat echter in aanmerking kan worden genomen, dat de
geconstateerde overtredingen van de Bondsvoorwaarden in
belangrijke mate moeten worden toegeschreven aan het feit,
dat een recette-administratie in het theater van den heer
Bruglemans ontbreekt en dat het entreekaartensysteem, dat
genoemde heer toepast, dermate onoverzichtelijk en ingewik
keld is, dat de heer Bruglemans het materiaal mist om de
juistheid van zijn afrekeningen te staven, weshalve het
Hoofdbestuur op de in de beslissing nader omschreven wijze
met het opleggen van een vorwaardelijke geldstraf heeft wil
len volstaan;
dat hieraan echter voor den heer Bruglemans nog de waar
schuwing is verbonden om bij het controleeren van zijn
recettes de ingevolge artikel 9 der Bondsvoorwaarden ver-
eischte medewerking steeds zonder cenig voorbehoud aan
den gemachtigde van den filmverhuurder te verleenen, alsook
om onmiddellijk het toestaan aan militairen of wie ook van
eenigerlei reductie of korting in welken vorm ook op zijn
cassaprijzen te staken, daar anders het Hoofdbestuur in ern
stige overweging zou moeten nemen onvoorwaardelijk een
der sub b of c der Statuten bedoelde straffen op genoemden
heer toe te passen.
Het Hoofdbestuur heeft in zijn vergadering van
13 Juni 1939 op grond van artikel 15b der Statuten
besloten de straf van boete ten bedrage van 250
op te leggen aan den heer L. Fresco, exploite
rende het Centrum Theater te 's-Gravenhacje, met
de bepaling, dat de heer Fresco dit boetebedrag
niet verschuldigd zal zijn, indien hij uiterlijk o]3
1 Augustus 1939 zijn boekhouding en administra
tie (speciaal voor wat betreft zijn recette-admini
stratie) dusdanig zal hebben ingericht, dat een en
ander naar het oordeel van den door de Bedrijfs-
afdeeling Filmverhuurders in het algemeen met het
instellen van recette-controles belasten accountant
voldoet aan redelijk te stellen eischen ingevolge de
Algemeene Voorwaarden van Verhuur en Huur
van Films van den Nederlandschen Bioscoop-
Bond.
Deze beslissing is gegrond op de volgende
overwegingen:
dat de daartoe gemachtigde accountant der Bedrijfsafdee-
ling Filmverhuurders in het tijdvak van 7 tot 20 April 1939
en ook eerder met het oog op vertoonde percentage-ïilms
verschillende malen bij den heer Fresco heeft gecontroleerd
en daarbij aanmerkelijke verschillen heeft geconstateerd tus-
schen de opgaven der recettes, welke door den heer Fresco
aan de desbetreffende filmverhuurkantoren waren verstrekt,
en de werkelijk gemaakte recettes, voorzoover die aan de
hand van de gebrekkige en totaal onvoldoende administratie
van den heer Fresco waren vast te stellen;
dat voorts gebleken is, dat in het tijdvak van 14 tot 20
April j.1. bepaalde entreekaarten in het theater van den heer
Fresco waren verkocht, waarvan de nummers aanvankelijk
aan den accountant waren verzwegen en welke kaarten ook
niet waren afgerekend, hetgeen te niter van beteekenis is,
waar deze kaarten behoorden tot de eerste helft van een
rol entreekaarten, waarvan de tweede helft wel vooraf aan
den accountant was getoond, zoodat slechts één conclusie
mogelijk is, n.1. dat opzettelijk gepoogd is de kaarten van
de eerste helft van den rol te verkoopen zonder het aan
den filmverhuurder daarvan toekomend aandeel af te rekenen:
dat uit deze feiten blijkt, dat de heer Fresco de op hem
ingevolge de artt. 8 en 9 der Algemeene Voorwaarden van
Verhuur en Huur van Films rustende verplichtingen tegen
over de filmverhuurkantoren, die hem films op percentage
basis hebben geleverd, schromelijk heeft verzaakt en dat
derhalve artikel 15 der Statuten en wel, zulks met het oog
op het ernstig karakter van deze bij herhaling voorgekomen
overtredingen, de straf van boete ten bedrage van ƒ250.--
cp hem moet worden toegepast;
dat echter in aanmerking kan worden genomen, dat de
geconstateerde overtredingen in belangrijke mate moeten wol
den toegeschreven aan het feit, dat de boekhouding en de
administratie van het Centrum Theater dermate gebrekking
zijn, dat de heer Fresco zelf niet op de hoogte van zijn zaken
kan zijn, noch in staat is daarop behoorlijk toezicht uit te
oefenen, weshalve het Hoofdbestuur op de in de beslissing
nader omschreven wijze met liet opleggen van een voor
waardelijke geldstraf heeft willen volstaan.
Ingevolge art. 4 van het Reglement op het Naamregister
zijn de navolgende verzoeken tot inschrijving van titels in
het Naamregister gedaan. Voor het indienen van bezwaren
tegen de verlangde inschrijving, hetgeen binnen acht dagen
na deze publicatie schriftelijk bij het Hoofdbestuur moet
geschieden, raadplege men art. 6 van het betreffend Regle
ment.
Datum
Titels waaronder de films
Naam van den
waarop in
schrijving ver
zocht is
in Nederland worden uit
gebracht
houder der ex
ploitatie-rechten
1 Juni 1939
Robert Koch
Tobis
2
De bloem van het
regiment
Melior
2
De doodende straal
L.C.B. Standaard
3
Vergelding
Univ. Film Ag.
3
Moulin Rouge
3
September 1938
3
Carmen
3
Als de plicht roept
Het gevaarlijke pad
3 (j
De groote kraak
3
Monte-Carlo!
Tobis
Spionnenjacht
L.C.B. Standaard
3
Bommen op China
3
Militaire geheimen
5
Het zonderlinge alibi
Habé
6
Levensdans-)
Warner
0
De kostschool-troubadour
Habé
6
Het recht van den sterkste
7
Harten in ballingschap
Film Trust
7
Haar verleden
Univ. Film Ag.
7
Het duel
Europa
ii
Vliegtuig vermist
Filmex
'3
Geheime agent no. 5
15
De avonturen van Robin
Hood
Warner
In plaats van den titel: „Het mysterie van Moulin Rouge".
'-') In plaats van den titel: ,,De engel der duisternis".