keer toestemming verleend. Tevens werd de over
neming van een filmverhuurkantoor toegestaan,
alsmede de vestiging van een nieuw filmverhuur
kantoor, dit laatste voor beperkten duur.
Tot de innerlijke versterking van den Bond heb
ben ook bijgedragen allen, die in commissies en
afdeelingsbesturen met groote onbaatzuchtigheid
de belangen van het bedrijf hebben gediend.
Een schaduwzijde wordt nog altijd gevormd
door de lastenkwestie. In het afgeloopen jaar zijn
door het Hoofdbestuur heel wat pogingen in het
werk gesteld om te verkrijgen, dat de verlichting,
welke voor bepaalde bedrijfsgroepen was aange
kondigd, ook aan ons bedrijf zou worden gegeven.
Dat deze pogingen niet zonder succes zijn geble
ven, moge het oordeel van de Tweede Kamer, blij
kens het voorloopig verslag van het betrokken
Wetsontwerp, bewezen hebben. Inmiddels heeft
de nieuwe Minister van Financiën dit Wetsontwerp
ingetrokken, zoodat thans dient te worden afge
wacht, wat er met de personeele, waarover het in
dit geval ging, zal gebeuren.
Een schaduwzijde vormde ook de minder goede
verhouding, welke de laatste jaren was ontstaan
tusschen den Bond en het Zuidelijk Keurings
lichaam, dat, zooals bekend, zich met de nakeu
ring bezighoudt. Dat wij nog vóór het jaar ten
einde is. melding mochten maken van een nieuwe
overeenkomst tusschen den Bond en de Vereeni-
ging van Noord-Brabantsche en Limburgsche Ge
meenten voor Gemeenschappelijke Filmkeuring,
waardoor mede de grondslag is gelegd voor een
goede verhouding tusschen bedrijf en Katholieke
Film Actie, heeft het Hoofdbestuur voldoening
geschonken en zal, naar wij hopen, in het bijzon
der aan de Zuidelijke leden van den Bond de
rechtszekerheid geven, welke zij voor een goede
uitoefening van hun bedrijf zoozeer van noode
hebben.
De in September ingetreden oorlogstoestand
heeft het Hoofdbestuur aanstonds voor problemen
geplaatst. Men herinnert zich de maatregelen,
welke de Overheid zonder voorkennis van het
film- en bioscoopbedrijf meende te moeten nemen
met betrekking tot de toelating van buitenlandsche
journaals Deze moeilijkheden hebben echter ge
leid tot een aantal besprekingen, waardoor ten
aanzien van buitenlandsche oorlogsjournaals een
gelukkige samenwerking is ontstaan tusschen de
Centrale Keuringsinstantie en het bedrijf. Zooals
men weet, is een vrijwillige bedrijfscommissie in
het leven geroepen, welke het oorlogsjournaal,
alvorens het ter keuring wordt aangeboden, met
de minst mogelijke schade voor het bedrijf zelf,
in overeenstemming tracht te brengen met de
oogenblikkelijke eischen van het landsbelang.
Deze commissie heeft reeds heel wat werk ver
richt,en zulks met goed resultaat. Tevens is het
Hoofdbestuur met de Regeering overeengekomen,
dat bepaalde films, die reeds waren toegelaten,
en tegen vertooning waarvan de Voorzitter dei-
Centrale Commissie in verband met den interna
tionalen toestand ernstig bezwaar bestaat, uit de
circulatie worden genomen.
De Minister heeft deze medewerking zoozeer
op prijs gesteld, dat hij daarvan met groote waar
deering in de Kamer gewag heeft gemaakt.
Natuurlijk had het Hoofdbestuur ook rekening
te houden met de moeilijkheden, welke de oorlogs
toestand aan den filmimport eventueel in den weg
zou kunnen leggen. Gevaren voor een mogelijke
inkrimping van den import zijn er immers te over.
Het Hoofdbestuur heeft daarom bepaald, dat geen
filmmateriaal aan de vernietiging mag worden
prijsgegeven. Het heeft voorts een inventarisatie
gehouden van wat er aan filmmateriaal binnen
onze grenzen is en richtlijnen gegeven in zake
bevoorrading van diverse materialen. Naar het zich
laat aanzien, wordt het hierdoor mogelijk, dat het
bedrijf ten aanzien van bepaalde onderdeden,
welke uit de oorlogvoerende landen moeten worden
betrokken, een voorraad van een jaar opbouwt.
De onderhavige werkzaamheid van het Hoofd
bestuur heeft dit College voldoende inzicht ge
geven in de onderscheidene behoeften van het
bedrijf gedurende den oorlogstijd; het is dan ook
volkomen georiënteerd, zoodat te zijner tijd aan
alle moeilijkheden het hoofd zal kunnen worden
geboden.
Ten slotte moge hier gewag worden gemaakt
van de voortreffelijke samenwerking tusschen den
Bond en het Bureau voor Ontwikkeling en Ont
spanning van den Generalen Staf, waardoor tien
duizenden militairen, die in de rimboe voor 's lands
veiligheid op post staan, op gezette tijden hun
bioscoopje krijgen, dat zij anders zeer zeker zou
den ontberen.
Ook anderzijds heeft de bioscoop aan het leger
de hand gereikt, door den soldaat een reductie te
verleenen op den entreeprijs.
