Bioscoop-Bond toch", aldus de toelichting op dit
Besluit, „de organisatie, welke sedert tal van jaren
de ondernemers van film- en bioscoopbedrijven
nagenoeg zonder uitzondering in zich vereenigde
en daardoor over voldoende ervaring beschikt, om
met gebruikmaking van zijn apparatuur, zijn
ordenende werkzaamheid op het terrein van de
film ook onder nieuwe omstandigheden uit te
oefenen, wordt belast met de organisatie van allen,
die op het gebied van de film werkzaam zijn".
Het is alleszins verheugend, dat de Overheid
voor de tenuitvoerlegging van de nieuwe taak,
welke zij op zich heeft genomen, op deze wijze
den meest voor de hand liggenden en meest logi-
schen weg heeft gevolgd, namelijk dien van zelf
bestuur van de betrokken beroepsgroepen, onder
verantwoordelijkheid jegens de Overheid en niet
strikte inachtneming van het openbaar belang.
Het kon niet twijfelachtig zijn, dat dank zij de
werkzaamheid en de unieke positie, welke de Ne-
derlandsche Bioscoop-Bond in den loop der jaren
in het filmwezen is gaan innemen, genoemde Bond
het orgaan zou worden, dat met deze taak zou
worden belast. Het spreekt vanzelf, dat voor het
toekennen van grootere bevoegdheden aan den
Nederlandschen Bioscoop-Bond vooral ook van
doorslaggevende beteekenis is geweest het feit, dat
de Bond de vuurproef van den afgeloopen zomer
niet alleen ongedeerd heeft doorstaan, maar zich,
daaruit gelouterd te voorschijn gekomen, boven
dien bezonnen heeft op zijn werkzaamheid in de
toekomst en zelf, zulks in nauw contact met de
autoriteiten, die daarvoor in aanmerking kwamen,
den weg heeft opgezocht en gevonden, welke aan
sluiting geven moest op de verbindingen naar den
nieuwen tijd, die aanbreekt.
Een en ander beteekent versterking, maar
vooral ook verbreeding en verdieping van de taak
van den Bond, Wij zouden eigenlijk willen zeggen
„bovenal vernieuwing": een nieuwe taak in nieu
wen tijd! De toelichting op het Besluit zegt hier
omtrent „dat het karakter van den Nederland
schen Bioscoop-Bond aldus wordt gewijzigd, dat
hij van hoofdzakelijk commercieele bedrijfsorgani
satie wordt tot semi-officieel orgaan met een
algemeene taak van socialen, economischen en
cultureelen aard."
De taak, waarvoor de Nederlandsche Bioscoop-
Bond zich thans ziet gesteld is door dit Besluit
enorm veel zwaarder geworden, daarvan zijn
wij allen diep overtuigd. Maar hij is óók veel
belangwekkender en vooral veel dankbaarder
geworden.
Het lijdt geen twijfel, of vele offers zullen moe
ten worden gebracht en veel, dat ons vertrouwd
was geworden, zal moeten worden opgegeven.
Een goed resultaat wordt echter nimmer verkre
gen zonder offer en zonder strijd. Het goede resul
taat zal dit zijn, dat de film in ons land de aan
dacht krijgt, waarop zij aanspraak maken mag en
dat de Nederlandsche Bioscoop-Bond met uitscha
keling van ondergeschikte belangen de gelegen
heid krijgt een levend, evolueerend instituut te
blijven, evolueerend niet alleen met den groei en
de ontwikkeling van de film mee, maar ook met
de ontwikkeling van de maatschappij orde.
De gevolgen van het onderhavig Besluit zullen
meermalen in dit Orgaan besproken worden. Vol
staan we met er voorloopig op te wijzen, dat het
lidmaatschap niet meer uitsluitend beperkt blijft
tot hen, die als ondernemer in het filmwezen
werkzaam zijn, maar zich zal gaan uitstrekken tot
allen, die uit een oogpunt van algemeen belang
op het gebied van de film werkzaam zijn, alsmede
tot allen, die door hun werkzaamheid aan de film
invloed uitoefenen op haar inhoud en derhalve
op de vorming van de openbare meening.
Daargelaten, dat den Nederlandschen Bioscoop-
Bond is opgedragen zijn Statuten en Reglementen
binnen een bepaalden termijn in overeenstemming
te brengen met de verantwoordelijkheden, waar
voor hij zich thans geplaatst ziet, zijn in het Be
sluit van de SecretarissenJGeneraal bovendien
voorzieningen getroffen met betrekking tot die