niet in overeenstemming zijn met het karakter eener bioscoop, uit de bioscoop moeten verdwijnen. In verband met de nieuwe taak, welke op den schouder van den Bondsvoorzitter is gelegd, zal voorloopig een dienst van den Voorzitter in het leven worden geroepen, welke zoo spoedig moge lijk in Den Haag gevestigd zal worden, zulks met het oog op de verbindingen met de Departementen en de instanties, welke de Voorzitter bij de uitvoe ring van zijn taak van noode heeft. Aan het eind van de conferentie deed de Voor zitter de mededeeling, dat hij in overleg met den Onder-Voorzitter van den Bond, den heer Joh. Miedema, besloten heeft om aan de Nederland- sche oorlogsinvaliden van Bondswege levenslang gratis toegang te doen verkenen tot de bioscopen. Hij achtte dit een daad van eenvoudige rechtvaar digheid jegens hen, die in moeilijke dagen voor het volk het hoogste hebben ingezet, wat zij te geven hadden. De Nederlandsche Bioscoop-Bond hoopt er hierdoor toe mede te werken, dat aan deze land- genooten, voor wie het bestaan ongetwijfeld moei lijk is geworden, de ontspanning zal worden gege ven, waaraan zij meer dan ooit behoefte hebben, terwijl hun tevens de gelegenheid wordt geboden de ontwikkeling van de film te blijven volgen. WINTERHULP NEDERLAND Aanstonds na de oprichting van de Stichting Winterhulp Nederland heeft de Nederlandsche Bioscoop-Bond bij monde van zijn Voorzitter aan den Directeur-Generaal der Stichting medege deeld, dat het Nederlandsche film- en bioscoop bedrijf bereid is het werk der Stichting met alle dit bedrijf ten dienste staande middelen te steu nen. De Nederlandsche Bioscoop-Bond heeft zich dientengevolge, de lijn zijner traditie volgend, gaarne ter beschikking gesteld, zoodra en voor zoover men zijn medewerking van noode mocht hebben. Inmiddels heeft de Stichting Winterhulp dit aanbod dankbaar aanvaard en zijn de heeren J. Miedema, Ondervoorzitter van den Bond en Bestuurslid van de Stichting ,,Bio-Vacantieoord", alsmede de heer J. ter Linden, Voorzitter van voornoemde Stichting, bereid gevonden zich met de voorbereidende werkzaamheden te belasten. TOEGANGSBEWIJZEN OPBOUWDIENST Naar ons is medegedeeld dragen zij, die bij dezen Dienst een rang bekleeden, momenteel geen uniform, zulks in verband met de plannen tot aan schaffing van nieuwe uniformen. Aan de leden exploitanten wordt echter verzocht de betrokke nen evenals voorheen tegen de gebruikelijke reduc tie in hun bioscopen toe te laten. Zij kunnen daar toe inzage verlangen van een legitimatiebewijs, waarvan alle leden van den Opbouwdienst zijn voorzien. EEN OVERGANGSTOESTAND Het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf leeft thans eenige weken onder de vigueur van het Besluit van de Secretarissen-Generaal van de Departementen van Onderwijs, Kunsten en We tenschappen, van Binnenlandsche Zaken en van Justitie, betreffende de organisatie van het film wezen. In dit Orgaan is op genoemd Besluit aanstonds een toelichting gegeven en ook de Voorzitter van den Nederlandschen Bioscoop-Bond, die, zooals men weet, met buitengewone bevoegdheden is be kleed, heeft tijdens een ontvangst van vertegen woordigers der pers eenig inzicht gegeven in de organisatorische situatie, waarin het film- en bio scoopbedrijf in ons land thans verkeert. Aan de organisatorische taak van den Bond mag niet de beteekenis worden gehecht van: orde scheppen in een chaos. Er bestond in de Neder landsche film- en bioscoopwereld immers orde en regel. Vandaar dat de nieuwe taak, welke de Overheid ten aanzien van het filmwezen op zich heeft genomen, voor een aanzienlijk deel gedele geerd is aan den schepper en den bewaker dezer orde, namelijk den Nederlandschen Bioscoop- Bond. Organisatorisch zijn er voor de leden van den Bond derhalve geen verrassingen; hoogstens is een en ander voor hen een kwestie van hiërarchie. De prerogatieven van de algemeene vergadering zijn in handen gelegd van den Voorzitter, die hiervan op zijn beurt gebruik maakt onder toe zicht van den Secretaris-Generaal. De Statuten, de reglementen en de verdere voorschriften, o.a. be treffende de vaststelling van de contributies etc, zullen voortaan uitsluitend door het gezag van den Voorzitter, respectievelijk van den Secretaris- Generaal van het Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, worden gedekt. Daartegenover staat de benoeming van Over heidswege van bedrijfsmenschen in de verschillen de functies, wier namen een vertrouwden klank hebben. Hieruit mag men afleiden, dat het de be doeling der Overheid is, eventueele benoemingen zooveel als mogelijk is in overleg met het bedrijf te doen geschieden. Van belang is het te weten, dat de bestaande Statuten, reglementen en besluiten voor de leden van den Bond van kracht blijven tot de nieuwe grondwet van het bedrijf definitief in werking zal treden. Aan de samenstelling van de nieuwe Statuten wordt naarstig gewerkt en wij mogen wel mede- deelen, dat ze reeds in eerste concept gereed lig gen, wachtend op een laatste toetsing door den Raad van Bijstand, welks leden, zooals men weet, door den Secretaris-Generaal, den Voorzitter ge hoord, worden benoemd. Ongetwijfeld kunnen deze benoemingen zeer binnenkort tegemoet wor-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1940 | | pagina 6