VAN DEN NEDERLANDSCHEN BIOSCOOP-BOND i REDACTEUR: J. G. j. BOSMAN, AMSTERDAM De Nederlandsche Bioscoop-Bond heeft op Maandag 19 Mei j.1. zijn Jaarlijksche Ledenverga dering gehouden in een der zalen van Hotel Kras- napolsky te Amsterdam. De vergadering stond onder leiding van den Bondsvoorzitter, den heer M. P. M. Vermin uit Maastricht, die, de vergadering openende, namens de aanwezigen een woord van dank richtte tot de aftredende leden van het Hoofdbestuur, de heeren D. J. van Leen, P. J. Beynes en F. L. D. Streng- holt, voor de vele en waardevolle diensten aan den Bond bewezen. In het bijzonder bracht hij hulde aan den heer Strengholt, die steeds voor de belan gen van den Bond op de bres heeft gestaan en zich daartoe vele persoonlijke offers heeft getroost. Rede van den Voorzitter Zich vervolgens tot de vergadering wendend, heette spreker allen hartelijk welkom op deze Jaar lijksche Ledenvergadering van den Nederlandschen Bioscoop-Bond. „Alvorens over te gaan tot de behandeling van de agenda", aldus de Voorzitter, „wenden wij onze blikken naar het afgeloopen jaar, waarbij wij tot ons leedwezen moeten vaststellen, dat ons meerdere leden ontvielen. Ik verzoek U allen, zich van Uw zetels te verheffen om gezamenlijk in stilte te her denken diegenen, die van ons zijn heengegaan. Wij herdenken den heer B. Flapper, firmant van het Scala Theater te Weert; den heer B. van den Heuvel, exploitant van het Rex Theater te Hilver sum; den heer Jac. Wessel, voormalig directeur van Warner Bros., welke geruimen tijd lid was van het Hoofdbestuur en zitting had in de arbitragecom missies; den heer I. Cohen Barnstijn, een der pio niers van het bedrijf, voormalig exploitant van een aantal Utrechtsche bioscopen, die eveneens lid is geweest van het Hoofdbestuur, van den Raad van Beroep, enz., enz.; en tevens herdenken wij hier den heer M. Henkelman, voormalig medewerker van de N.V. Kinotechniek, die als leider van den Operateurscursus veel nuttigen arbeid in het belang van den Bond heeft verricht. Het afgeloopen jaar was rijk aan variaties, rijk aan belangrijke feiten. Het jaarverslag, hetwelk U allen ontving, geeft hieromtrent voldoende voor lichting. De Bondsdirecteur, de heer Bosman, zal onder punt 5 van de agenda de beteekenis en taak van den Bond onder de huidige omstandigheden nader uiteenzetten, zoodat ik met mijn betoog zeer kort kan zijn en mij uitsluitend behoef te bepalen tot de hoofdlijnen. Vooreerst wensch ik U in herinnering te brengen mijne woorden, tot U gericht op het moment, dat igij het presidium van dezen Bond, op mijn schou ders legdet. Ik zeide U, dat mijn verkiezing welis waar zeer eervol was, maar dat ik er meer prijs op gesteld zou hebben, gekozen te zijn op een pro gramma, een programma hetwelk zou moeten in- OFFICIEEL ORGAAN JAARLIJKSCHE LEDENVERGADERING

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1947 | | pagina 2