21
UITSPRAKEN COMMISSIE VAN GESCHILLEN
Pag.
Pag. 50: Tilburg, Royal Cinema.
Telefoonnummer theater wijzigen in:
5108. Telefoonnummer van het corres
pondentie-adres Bredaseweg 308 luidt:
5527. Verder toevoegen: kantoor Tuin-
straat 69.
Pag. 60: Huissen, Centrale Bioscoop Trust.
Adres Langestraat D 6A wijzigen in
Arnhemse Poort D 6.
Pag. 61: Amsterdam, Columbia Film Booking
Office N.V. Privé-adres van de heer
C. Croeze als volgt wijzigen: Herman
Heijermansweg 16, Amsterdam, tel.
97786.
Pag. 61: Amsterdam, D.L.S. Film Holland N.V.
en N.V. Monopole Film. Privé-adres
en telefoonnummer van de heer A. Cahn
wijzigen in: Westzeedijk 128, telefoon
21568.
63: 's-Gravenhage, Spiendal Picture Co.
Privé-adres en telefoonnummer van de
heer E. Alter als volgt wijzigen: Over-
burgkade 106, Voorburg, tel. 779014.
Pag. 63 en 64: Haarlem, Filmfabriek Polygoon
N.V. Schrappen: afd. Boekhouding: tel.
19661.
Pag. 65: Haarlem, Multifilm N.V. Adres en tele
foonnummer luiden: Kenaupark 8, tel.
17535. Verder wijzigen: ,,mej. W. C.
v. d. Berg" in ,,mej. Mr. C. W. v. d.
Berg".
66: Brussel. Toevoegen:
F. Korsak, Cinetechnique, 54 Rue des
Plantes, tel. 175840.
Pag. 67: 's-Gravenhage. N.V. A.R.O. „SHko-
licht". Adres en telefoonnummer wijzi
gen in: Weteringkade 108, tel. 773840.
Pag. 67: 's-Gravenhage. Toevoegen:
N.V* Handelsonderneming Gevaert,
Scheveningseweg 110, J. Petit, directeur,
tel. 552370.
Pag. 71: Amsterdam, Atu. Schrappen: N.V. i.o:"
en directeuren". Toevoegen: Firma"
en firmanten".
72: Amsterdam, Smits Advies- en Service
bureau N.V. Toevoegen: alle correspon
dentie voor Afd. Projectie- en Filmre-
clame naar: P. C. Hooftstraat 18, telef.
99662.
De COMMISSIE VAN GESCHILLEN (Eerste Kamer)
van de Nederlandsche Bioscoop-Bond heeft het volgende
voorlopig arbitraal vonnis gewezen inzake:
MEVROUW L. MEYER-SCHIMMERLING, wonende
te Amsterdam aan de Apollolaan 123 en exploiterende het
filmverhuurkantoor Victoria Film aldaar, eiseres,
Pag.
'ag.
1. NAAMLOZE VENNOOTSCHAP FILMEX, ge
vestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Joh. Ver
meerstraat 19 aldaar;
2. NAAMLOZE VENNOOTSCHAP GOFILEX, ge
vestigd te Leiden en kantoorhoudende aan de Steenschuur
17 aldaar;
3. D. J. VAN LEEN, wonende te Dordrecht en exploi
terende het filmverhuurkantoor Centrafilm, kantoorhou
dende aldaar aan de Nieuwe Haven 33, gedaagden.
De Commissie van Geschillen (Eerste Kamer) van de
Nederlandsche Bioscoop-Bond, volgens de Statuten en het
Arbitrage-Reglement van die Bond benoemd en aangewezen
als arbitrage-college voor de beslechting onder meer van
geschillen tussen leden van de Bond onderling;
IN AANMERKING NEMENDE:
dat eiseres bij request d.d. 19 April 1950 een geschil
contra gedaagden heeft aanhangig gemaakt, van welk request
een afschrift van dit vonnis is gehecht en dat beschouwd
wordt als hier te zijn ingelast;
dat de Voorzitter der Commissie van Geschillen het
onderhavig geschil ingevolge artikel 15 G van het Arbitrage-
Reglement spoedeisend heeft verklaard en dat de Commissie
op 19 April 1950 partijen heeft opgeroepen tot haar zitting
te houden op 21 April 1950;
dat gedaagden uitstel van de behandeling hebben ver
zocht, aangezien zij de toegestane termijn te kort achtten
om hun verdediging voldoende voor te bereiden;
dat de Commissie aan dit verzoek heeft voldaan en op
20 April 1950 partijen daarvan in kennis heeft gesteld en
hen tegelijkertijd heeft opgeroepen tot haar zitting, gehouden
op Vrijdag 28 April 1950 ten kantore van de Nederlandsche
Bioscoop-Bond te Amsterdam;
dat gedaagden een verweerschrift gedateerd 25 April 1950
hebben ingezonden, waarvan een afschrift aan dit vonnis
gehecht is en dat beschouwd wordt als hier te zijn in
gelast;
dat op 28 April 1950 ter zitting voor de Commissie zijn
verschenen eiseres persoonlijk en haar rechtskundig raads
man Mr. N. W. de Grooth, alsmede H. J. D. Daudey en
L. W. R. Meyer, directeuren van gedaagde Filmex, J. A, L.
Kemps, directeur van gedaagde Gofilex, gedaagde Van Leen
persoonlijk en de rechtskundige raadsman van gedaagden
Mr. H. B. F. J. A. Peters;
dat Mr. H. B. F. J. A. Peters namens gedaagden aan de
Commissie en aan de tegenpartij heeft overgelegd een brief
van Mr. H. L. de Beaufort te Hilversum d.d. 16 Januari
1947 (waarvan een afschrift aan dit vonnis is gehecht en
beschouwd wordt als hier te zijn ingelast) en in hoofdzaak
verklaard heeft:
Blijkens rechterlijke uitspraken en uitlatingen van de
Minister van Justitie wordt Oostenrijk algemeen als
vijandelijk gebied beschouwd, waarmede dus de vraag,
of Oostenrijkers als vijanden worden beschouwd in de
zin van het Besluit Vijandelijk Vermogen (E. 133) af
doende beantwoord is. Ik betwijfel, of het juist is, dat
arbiters deze zaak behandelen, aangezien er in wezen
geen geschil tussen de hier aanwezige partijen bestaat,
maar tussen eiseres en het Nederlands Beheersinstituut.
Dit Instituut heeft bepaald, dat de auteursrechten van
de Oostenrijkse en Duitse films onder het vijandelijk
vermogen vallen en als eiseres het daarmede niet eens
is, kan zij ingevolge artikel 43 van het Besluit E. 133
beroep instellen bij de Afdeling Rechtspraak van de
Raad voor het Rechtsherstel. Dit is de aangewezen
instantie voor de beoordeling van de al dan niet juist
heid van dergelijke beslissingen van het Beheersinstituut.
Zelfs de gewone burgerlijke rechter verklaart zich onbe
voegd die beslissingen te beoordelen, zoals onder andere
blijkt uit een vonnis van de Haarlemse Rechtbank van
6 Mei 1947;
