CONCEPT-WIJZIGINGEN UNIFORM
REGLEMENT VAN DE PROVINCIALE
EN PLAATSELIJKE AFDELINGEN
VAN EXPLOITANTEN
HOOFDSTUK I
Artikel 4 (toevoegen achter 3e lid),
met dien verstande, dat de Voorzitter in niet
meer dan één afdeling als zodanig verkiesbaar is.
HOOFDSTUK II
DE AFDELINGSRAAD
Naam en zetel
Artikel 25 (nieuw)
Er bestaat een raad van de provinciale en plaat
selijke afdelingen van exploitanten van de Neder-
iandsche Bioscoop-Bond, genaamd ,,De Afde-
lingsraad". Deze raad is gevestigd in Amsterdam.
Doel
Artikel 26 (nieuw)
De Afdelingsraad is het verbindingsorgaan tus
sen de provinciale en plaatselijke afdelingen en
heeft ten doel de werkzaamheden dezer afdelin
gen te coördineren en de algemene belangen van
de afdelingsleden te behartigen.
Samenstelling
Artikel 27 (ter vervanging van oud artikel 25)
Van de Afdelingsraad zijn lid de Voorzitters
der plaatselijke en provinciale afdelingen, alsmede
twee bestuursleden van elk dier afdelingen, te
benoemen door de respectieve afdelingsbesturen.
Van elk lid van de Bond mag niet meer dan
één persoon lid zijn van de Afdelingsraad. Deze
bepaling is niet van toepassing op afdelingsvoor
zitters.
De benoeming van de leden van de Afdelings
raad, die niet als afdelingsvoorzitter lid zijn, ge
schiedt voor de duur van twee jaar; ieder jaar
treedt de helft van deze leden af volgens een door
het Hoofdbestuur te maken rooster.
De aftredenden zijn terstond herbenoembaar;
niettegenstaande hun aftreden blijven zij in functie
zolang geen nieuwe benoeming heeft plaats
gehad.
Bij tussentijdse vacatures wordt daarin voor
zien door het Bestuur der afdeling, wier bestuurs
lid de vacature heeft veroorzaakt. Het nieuw be
noemde lid is dan aftredend op het tijdstip, waar
op zijn voorganger aan de beurt van aftreden
zou zijn geweest. Van een tussentijdse benoeming
wordt steeds zo spoedig mogelijk schriftelijk ken
nis gegeven aan de Secretaris van de Afdelings
raad.
Het Bestuur van de Afdelingsraad als bedoeld
in artikel 28 kan uit zijn midden een „gedelegeer
de" aanwijzen om de vergaderingen van het
Hoofdbestuur bij te wonen; een dusdanige gede
legeerde heeft dan in het Hoofdbestuur een advi
serende stem.
Bestuur Afdelingsraad
Artikel 28 (ter vervanging van oud artikel 26)
De Afdelingsraad wordt bestuurd door een
College, bestaande uit een Voorzitter, Vice-Voor-
zitter, Secretaris, Penningmeester en Gedelegeer
de. Dit College vormt het Dagelijks Bestuur van
de Afdelingsraad.
Van ieder Afdelingsbestuur kan niet meer dan
één lid deel uitmaken van het Dagelijks Bestuur.
De leden van het Dagelijks Bestuur worden
benoemd door en uit de Raad. De benoeming ge
schiedt in een jaarlijks te houden Raadsvergade
ring voor of op 15 Maart.
Bij tussentijdse vacatures wordt een nieuw lid
van het Dagelijks Bestuur benoemd in de eerst
volgende Raadsvergadering.
De benoeming van de leden van. het Dagelijks
Bestuur geschiedt voor ten hoogste twee jaar, met
dien verstande, dat het eerste jaar twee en het
volgende jaar drie leden aftreden volgens een
door het Hoofdbestuur te maken rooster.
De aftredenden zijn terstond herbenoembaar
en blijven in functie zolang geen nieuwe benoe
ming heeft plaats gehad.
Rechtsbevoegdheid van het Bestuur
Artikel 29 (nieuw)
Het Dagelijks Bestuur is belast en bevoegd,
behalve met en tot hetgeen in dit reglement in
het bijzonder in artikel 31 of in andere reglemen
ten van de Bond is vermeld, met en tot:
a. de voorbereiding van de zaken, die in de ver
gaderingen van de Afdelingsraad aan de orde
zullen komen;
b. de uitvoering van de besluiten van de Raad;
c. het als zodanig voorstellen doen aan de Raad,
als het zulks ter vervulling van de taak van
dit College nodig oordeelt;
d. de behandeling van ingekomen stukken;
e. de afdoening van de lopende zaken.
De stukken van het Dagelijks Bestuur uit
gaande worden getekend door de Secretaris, of
zijn vervanger na verkregen machtiging van het
Dagelijks Bestuur.
Het Dagelijks Bestuur is van zijn handelingen
verantwoording verschuldigd aan de Raadsverga
dering.
Het Dagelijks Bestuur kan zo nodig ter as
sistentie van de Secretaris één of meer gesala
rieerde personen in dienst aanstellen, echter niet
dan uit kracht van een daartoe strekkende beslis
sing van de Raadsvergadering en na verkregen
goedkeuring van het Hoofdbestuur op de voor
waarden der aanstelling, waaronder salaris, op
zeggingstermijn en bevoegdheden.